• Gordijnen

    7 maart 2023

    Gapend schuif ik de gordijnen van mijn slaapkamer open. Voor mijn slaperige ogen ontrolt een wereld badend in het zonlicht. Gordijnen zijn een soort scheidslijn tussen twee tegengestelde werelden. Mijn slaapkamergordijn scheidt de slaapwereld van de harde realistische buitenwereld.

    Ik sta nog wat suf in de keuken. Kauwend op mijn ontbijt gaan mijn gedachten terug naar de gordijnen. In het heden is er een onzichtbaar gordijn tussen het verschrikkelijk oorlogsgeweld in Oekraïne en het nog vredige deel van Europa.

    Vroeger was er een IJzeren gordijn tussen de wereld in het Oosten en de wereld in het Westen. Ook bestond, misschien nog, een Bamboegordijn tussen een deel van Azië en China. Nu hangt er een informatiegordijn tussen de virtuele en reële wereld. Altijd weer die scheidslijn of gordijn tussen twee tegengestelde werelden. Werelden die zich separaat ontwikkelden en alles deden om elkaar ervan te overtuigen dat hun wereld het beste was.

    Ik schuif mijn virtuele gordijnen open en dicht als een soort dag en nacht ritme. Als ik niet de werkelijke wereld wil zien en mij terugtrek in mijn eigen wereld. Een wereld van creatief bezig zijn. Mijn gedachten te kunnen ordenen. Nieuwe tekeningen te maken. Trachten deze gekke wereld te kunnen begrijpen. Mijn virtuele gordijnen zijn wat dat betreft heel functioneel en ook een soort bescherming.

    Ik sta op. Laat de boel de boel. Het gordijn in mijn hoofd schuif ik open voor de werkelijkheid van alle dag. Ah, ja, boodschappen. Moet toch mijn werk, in opdracht gemaakt, gaan afleveren bij de koper. Trek de deur achter mij dicht. Stop voor de supermarkt. Boodschappen lijst. Race tussen stellingen en reclame geschreeuw door. Laad mijn boodschappen in de auto. Boodschappen opgeruimd. Zet mijn werk voorzichtig in de auto en rij naar de koper. Koper tevreden, zelfs enthousiast. Geld.

    Geld is eigenlijk ook een gordijn. Een gordijn tussen menswaardig kunnen leven, of uitgestoten worden en op straat te moeten zwerven. Daar als een soort minderwaardig wezen te worden bekeken en behandeld.

    Zuchtend ruim ik de ontbijt rommel en de rest van het huis op. Trek mijn bed recht en doe het raam open.

    Ik sluit mijn virtuele gordijnen om mij terug te trekken in mijn eigen wereld. Ik staar naar een leeg doek. Het licht van mijn atelierraam kruipt schichtig naar binnen. Ik pak een willekeurig schetsboek uit de stapel. Gedachteloos blader ik het door. Ga achterover zitten en staar naar de wolken die traag langs het raam voorbijschuiven.

    De incompleetheid der dingen bestormen mijn hoofd. Wij hebben als mens toch steeds gordijnen nodig om de dingen te scheiden zonder dat wij ons daarvan bewust zijn. Gordijnen tussen het heden en verleden.

    In de Griekse oudheid was er ooit een wedijver tussen de schilder Zeuxis en zijn vakgenoot Parrhasius uit Ephesus: deze probeerde zijn rivaal Zeuxis, die een tros druiven zo natuurgetrouw schilderde dat er vogels op afkwamen, te overtroeven door een zo realistische afbeelding van een gordijn weer te geven, zodanig dat Zeuxis het wilde openschuiven.

    Ik richt mij op en schuif mijn virtuele gordijn weer open en begin mijn tekening op het doek uit werken. De geluiden van de buitenwereld verdwijnen naar de achtergrond. Ik ben veilig in mijn eigen wereld beland.

    Lees meer >> | 173 keer bekeken

  • Feest

    12 februari 2023

    Feest. Het vieren van iets. Uit je dak gaan over iets. Eten, drinken lachen, ruzie. Ik haat feesten. Waarom? De volgende dag ben je al vergeten waar het feest voor was en over wie of voor wat het feest werd gehouden.

    Als kunstenaar word je voor nogal wat feesten gevraagd. Meestal weiger ik. Echter, soms ontkom je er niet aan en moet je jezelf ertoe zetten om dan maar aan de uitnodiging gehoor te geven.

    Een vriend van mij, die ik nog ken van de academie, viert zijn verjaardag en ik ben uitgenodigd. Ik heb absoluut geen zin om te gaan. Ik ken hem al heel lang samen met zijn vrouw. Verjaardagen, vreselijk! Verzinnen van een cadeau. Ik koop altijd het verkeerde cadeau. Ruilen. Geld terug of een tegoedbon.

    Ik sleep mij naar het verjaardagsfeest.

    Kan mijn auto weer nergens parkeren. Ik bel aan en forceer een glimlach met het cadeau onder mijn arm. Het begint net te regenen, ook dat nog!

    Klassiek verjaardag gedruis stroomt mij tegemoet. Wordt begroet door vriend en vijand. Cadeau afgestaan. Gelukkig, deze keer goed gegokt. Gebak, drank en wild verlangen om direct weer de deur uit te rennen, wordt afgeremd door mijn sociale beleefdheid.

    Smoes. Iedereen vindt het jammer. Ik trek met een zucht de deur achter mij dicht. De regen druilt mijn gemoed. Eindelijk mijn auto teruggevonden. Het is al laat. Nog wat gaan drinken in t’ Hoekje? Amsterdam begint pas te leven na elf uur ’s-avonds. Lijkt wel of iedereen de laatste parkeerplekken bezet heeft. Het Hoekje is afgeladen. Eindelijk bij de bar een groot glas bier naar binnen gewerkt.

    Het is zo druk, dat als ik mijn benen had opgetild ik nog gewoon kon blijven staan! Mijn werk komt weer in mijn gedachten. Dikke tongen en gelal worden door mijn gedachten naar de achtergrond gedrukt. Een aantal details moeten nog worden uitgewerkt. De realiteit van de bar. Leg geld neer en dring door de brulapen naar de uitgang.

    Het is stil in Amsterdam. Doof de lichten van mijn auto en blijf nog even zitten. De regen op de autoruit doet de straatlantaarns schitteren.

    Doodmoe. Alles is donker. Doe de lichten aan van mijn atelier. Het druipspoor vertelt waar ik heb gelopen.

    Zit voor mijn schilderij. Ach ja, de details. De natte jas hindert mij. Ik spoel de kwasten uit.

    In bed staar ik naar het plafond. De regen schuifelt langs mijn raam. Had ik nou mijn auto op slot gedaan? Bibberend trek ik mijn nog natte jas aan. Hmm, ja hij is op slot. Terug in bed. Ik word na een tijdje weer warm.

    Het plafond verdwijnt. Ik word opgenomen in de armen van Morpheus en zak weg in helden dromen.

    Lees meer >> | 162 keer bekeken

  • Dagdromen

    21 januari 2023

    ’s-Morgens vroeg als de zon tussen de gordijnen kiert, worden mijn gedachten wakker en de ochtendkilte vertelt mij dat de zon het zwaar zal krijgen. Mijn ogen dwalen door de stille kamer. De geluiden van buiten trachten mijn wereld vorm te geven. Ik trek de gordijnen open. Een vogel zit wat dromerig op een tak in mijn kleine tuintje. Mijn ontbijt resten veeg ik van het bord en zet het in de gootsteen, later zal ik het wel afwassen.

    Ik sta stil in de kamer ik tracht mijn dromen te herinneren. Het lukt mij niet. De dromen kwamen en gingen. Terwijl de schaduwen van de waterige zon door de kamer trekken. Stel ik zou over wereld gaan trekken… Reizen door gevaarlijke gebieden, mensen ontmoeten en mogelijk gesprekken voeren over de wereld van morgen. Reizen over oneindige oceanen, door gloeiendhete woestijnen en verbaasd zijn hoe de mens daar probeert te overleven.

    De klok in de kamer verraadt mij, ik sta daar al veel te lang. Ik ga verder met mijn dagelijkse routine. Mijn atelier is nog donker. De deur piept nog steeds, zal ik het scharnier gaan smeren, morgen? Mijn nieuwe doek staat al op de ezel. Ik bereid het doek voor om de achtergrond te gaan schilderen. Bladerend door mijn tekeningen zoek ik naar een tekening, die ik geschikt vind om te gaan schilderen.

    Mijn gedachten gaan weer op de loop. Ik staar naar de geselecteerde tekening. De tekening is alweer enige jaren geleden gemaakt. Ja, ik weet het weer: dat was in Nice, Frankrijk.

    Terugdenkend aan het oude deel van Nice, waar ik rondzwierf, door de smalle straatjes en de eindeloos lijkende geveltjes van winkeltjes. Dringend door dikke rijen toeristen, zoekend naar een stil café om te kunnen dromen boven een goed kop koffie. Frankrijk blijft altijd aan mij trekken. De sfeer, de taal en de mensen. Wonderlijk mooie landschappen. Verre horizonten. Stille dorpen. Verrukkelijke wijnen.

    Dagdromen, wat is dat toch geweldig. Zouden andere wezens, behalve de mens, ook kunnen dagdromen? Misschien wel. Wij zullen het misschien nooit te weten komen. Tenzij wij ooit hun taal kunnen verstaan en begrijpen.

    De tekening krijgt vorm op het doek. Ik controleer nogmaals de details. Het klopt. Nu kan ik de vormen gaan inkleuren. De tijd kruipt mij langzaam voorbij. Langzaam rek ik mij uit. De stramheid van mijn ledematen verraden mijn leeftijd.

    De dag nadert haar einde. De zon dooft langzaam en de straatverlichting neemt de dag over.

    Ik sluit de deur van mijn atelier. Mijn maag rammelt.

    Mijn dagdromen lossen op in de donkerte van de avond.

     

    Mark Pol, januari 2023.

    Lees meer >> | 167 keer bekeken

  • Bespiegelingen

    13 november 2022

    Zittend op een bankje aan de kant van een gracht in hartje Amsterdam, kijk ik naar de schoonheid en triestheid van de herfst.

    Droge rollende herfstbladeren maken een knisperend en schuifelend geluid als zij worden voortgedreven door de fluisterende wind over het plaveisel van de stad.

    In de stilgevallen stad en de stilgevallen wereld klinkt het geschuifel en geknisper als een dreiging voor de dingen die mogelijk zullen gaan gebeuren. Ik ben de eenzame getuige van dat fenomeen, zittend op een bankje aan de kant van een gracht.

    De dreigende donkere wolken accentueren de sfeer die hangt boven dat deel van Amsterdam. Ik kijk onderzoekend naar die wolken en heb het gevoel dat het misschien snel zal kunnen gaan regenen.

    In mijn bespiegelingen zie ik de herfst als een periode waarin de natuur zich terugtrekt. Ondanks de kleurenpracht, die de herfst met zich meebrengt, is mijn gevoel erg onrustig. Ook zie ik daarin de onvoorspelbare dingen, die deze tijd ons zal brengen. De onrust die over deze wereld waart. Oorlog, politieke turbulenties, economie, nieuwe epidemie, klimaat en een dreigende nucleaire winter en nog veel meer.

    Terwijl de stille wereld luistert naar de gewelddadige oorlogen die zich nu voltrekken, schuifelen de droge bladeren verder over het plaveisel van de stille stad. Mijn bespiegelende gedachten schuifelen mee met de bladeren richting het stille water van de gracht waar ik zit.

    De stille wind rimpelt voorzichtig de oppervlakte van het donkere grachtwater. De brug die de gracht overbrugt spiegelt in het rimpelende oppervlak. Blad voor blad wordt langzaam op het water neer gevleid. De bladeren worden langzaam door de trage stroming van het grachtenwater meegetrokken.

    Ik volg de bladeren tot die zijn verdwenen onder de brug. Wat zal er van die bladeren worden? De spiegeling van het donkere water verbergt de donkere diepten waarin de bladeren uiteindelijk zullen wegzakken. In gedachten zak ik met een blad mee naar de donkeren diepten.

    De donkere diepten waarin de mens uiteindelijk zal verdwijnen als de gewelddadige oorlogen zich zullen uitbreiden over meerdere fronten. Bladeren verbeelden voor mij het lot dat ons leven bepaald. De willekeur van het verloop van de geschiedenis. De grachtkant is het tippingpoint van de ons overkomende gebeurtenissen.

    Als de mens uiteindelijk als een blad drijft op de oppervlakte van het donkere water is er geen weg terug. Voordat wij door de wind van de gebeurtenissen worden meegesleept, zullen wij onze toekomst goed moeten overdenken. De rimpeling van de oppervlakte van het donkere water verstoort ons rationele denken. Voordat wij over de rand van de grachtkant worden geduwd moeten wij ons goed realiseren waarmee wij bezig zijn.

    Zittend op dat bankje aan de kant van de gracht kijk ik voorbij de brug naar de verkeersstroom die over een verder liggende brug voorbijraast. De stilte van deze plek werpt mij in gedachten terug op de eenzaamheid van de mens. De mens is eenzaam in haar lot. Niemand zal ons komen redden van de ellende die wij zelf hebben veroorzaakt.

    De bladeren die van de bomen afvallen mede met behulp van de fluisterende wind, rollen over het plaveisel in een bijna oneindige stroom. Een stroom die mij leidt naar de innerlijke stilte van mijn bespiegelende gedachten.

    Terwijl ik kijk naar de vallende bladeren, begint het zachtjes te regenen. De druppels veroorzaken een herhalend patroon van kringen op de oppervlakte van het donkere water van de gracht.

    Ik sta op en doe de kraag van mijn jas omhoog en werp een kritische blik richting het donkere wolkendek. Ik steek langzaam de straat over, weg van de gracht. De mensen om mij heen haasten zich net als ik, vluchtend door de koude regen, richting huis.

    Lees meer >> | 173 keer bekeken

  • DE MOMPELENDE ZEE

    27 september 2022

    De zon duikt net achter de huizen van de stad, die grenst aan de baai. De baai waarover ik staar, was vroeger een van de havens uit de tijd dat de Venetianen nog heersten over de gebieden rond de Middellandse zee. Het rust gevende geklotst van de mompelende zee tegen de randen van de baai geeft een bepaalde rust aan de rand van de rumoerige stad. Wandelaars die langs de baai schuifelen, zijn in deze tijd van de dag op zoek naar een goed restaurant.

    Terwijl de zon afscheid neemt van deze kant van de aarde en de duisternis de zwak verlichte baai omarmt, verandert de sfeer van de stad. De in zichzelf mompelende zee gaat ondanks die veranderde sfeer, gewoon door met het vertellen van haar verhaal.

    Driekwart van deze planeet is bedekt met water. Reusachtige watervlakten waarover wij nog maar weinig weten. Onder de oppervlakten daarvan schuilen geheimen, die nog lang niet zijn ontrafeld.

    Wij mensen wonen in steeds groter wordende steden, straks mega-steden. Steden die steeds meer de ecologische ruimte opeisen. Wij eisen steeds ruimte op van de zee en de zee die steeds weer haar ruimte terugeist.

    Als een kat die met haar nagels alleen de oppervlakte kan bewerken, zo raken wij slechts de oppervlakte van de zee aan. De schitterende schoonheid van haar zijn, valt buiten ons voorstellingsvermogen. De zee vertelt ons in haar eigen taal over haar verleden, heden en toekomst. Wij verstaan die taal niet, maar kunnen die taal ook niet benoemen. Wij verstaan ook de taal niet van de ons omringende natuur. Ook die taal kunnen wij niet benoemen.

    De zee mompelt onverstoorbaar verder. Ik luister, maar ik begrijp haar niet. De golven rollen voort met haar eeuwige ruis. Welk een uniek genot is het om te luisteren naar een taal waarvan ik de syntax en semantiek niet kan plaatsen. Het genot zit hem misschien in toon en de intonatie en de ritmische samenhang van de klanken die zij voortbrengt. Het mompelen van de zee kan soms plotseling overgaan in een opstandig gebrul. Het samenspel van wind en water is dan zeer indrukwekkend.

    De kracht en de energie die daardoor vrijkomt is onvoorstelbaar. Die kan in extreme situaties vernietigend zijn voor de (mega) steden die grenzen aan de zee. Een tsunami, veroorzaakt door een krachtige zeebeving, kan grote delen van de stad verwoesten. Ook beïnvloedt de zee door haar enorme warmtecapaciteit het weer van soms hele continenten. En de zee blijft haar verhaal mompelen in de hoop ons te kunnen overtuigen.

    Starend over de baai die nu in duisternis is gehuld, zie ik langzaam sterren verschijnen waarvan het zwakke schijnsel wordt verdrongen door de opkomende maan. De maan, die met haar licht de oppervlakte van de mompelende zee verandert in een kleed bedekt met diamanten. De magische schittering daarvan doet mijn blik verstarren.

    De mompelende zee met haar taal, die al miljarden jaren oud is. Waarvan de wijsheid ons nog steeds ontgaat. Zij heeft landmassa’s zien verschuiven naar losse continenten. Zij heeft de oppervlakte van de aarde zien veranderen. IJsmassa’s zien komen en gaan. Het leven in haar en buiten haar zien veranderen van de ene wonderlijke levensvorm in de andere. En toch zijn wij in staat die miljarden jaren van evolutie te verwoesten.

    De mompelende zee kan ik nu pas begrijpen, haar taal is een gemompel vol droefheid en ergernis. Een mompelende waarschuwing dat wij als mens bezig zijn de uiteindelijke bron van al het leven, de zee, te verwoesten. Door onder andere vervuiling, overbevissing en het delven van grondstoffen van de bodem van de zee. Ook door de kortzichtigheid van de mens en zijn jacht op geldelijk gewin zal uiteindelijk alles wat deze aarde heeft voortgebracht en er in evenwicht mee was, vernietigd worden.

    Ik staar sprakeloos over de eindeloos lijkende oppervlakte van de zee, die mij tracht haar verhaal te vertellen. Het gemompel van de zee gaat over in een eeuwige ruis van rollende golven en bruisende branding.

    Mijn beperkte begrip verstard. De realiteit van het nu dwingt mij om te genieten van het uitzicht en de tijd zegt mij dat ik moet doorgaan. Ik keer mij om en loop naar de rand van de baai om mij te mengen tussen het geschuifel.

    Lees meer >> | 413 keer bekeken

  • TIEN JAAR KIJKEND NAAR DEZE WERELD

    1 september 2022

    Tien jaar kijkend naar deze wereld waarvan ik zelf ook een deel ben. Kijkend naar ons mensen als geïsoleerde dieren, zwervend op een eenzame, enige, leefbare planeet rondom een ster, in dit oneindige universum. Met verbazing kijk ik naar die dieren, die hun uiterste best doen om dit paradijs continue in een hel te veranderen.

    Tien jaar van mijn leven kijk ik met stijgende verbazing en ergernis naar die mens, die vaak leeft in landen met een vorm van een dictatuur. Ik zie en lees dat ons democratisch voorbeeld, de USA langzaam afglijdt naar een dictatoriaal regiem. Dat dit afglijden al lang gaande is. Dat afglijden van de USA zal door landen met een instabiele politieke infrastructuur en grote mate van corruptie, gevolgd kunnen worden.

    Tien jaar van mijn leven. Vóórdat die tienjarige periode intrad, was ik ervan overtuigd, in mijn naïviteit, dat deze wereld zich langzaam zou gaan bewegen in de goede richting. Met het woord goede, doel ik op: eerlijker verdeling van de rijkdommen van deze aarde. Voor iedere aardbewoner een goede medische zorg. Voor iedere aardebewoner gelijke kansen. Alle respect voor gelijkheid en gelijke behandeling van vrouwen. Een heldere en duidelijke erkenning dat de vrouw de hoeksteen is van onze samenleving. Dat dictaturen geen bestaansrecht meer zouden hebben. Dat er geen oorlogen en geen kunstmatige grenzen meer zouden zijn. Geen nucleaire dreiging meer, etc.etc.

    Wij, de mens, zitten in een nieuwe overgangsfase. Door de snelle en ingrijpende en veranderde invloed van snelle technologische ontwikkelingen zullen de maatschappelijke verhoudingen op scherp worden gesteld. Door de druk van die ontwikkelingen zal de werking van de huidige infrastructuur, zowel de fysieke als de virtuele, snel moeten worden aangepast. De snelheid waarmee dat alles verandert verloopt chaotisch door het gebrek aan visie en de durf om de daarvoor benodigde besluiten te gaan nemen. Er is ook geen strategisch pad uitgezet, waarlangs die veranderingen zullen gaan plaats vinden. Een beleid baseren op ad-hoc invallen en ideeën zal nooit tot de juiste of verwachte resultaten leiden.

    De politiek is onwillig en ook onkundig door met chaotisch beleid de achterban voor zich te blijven winnen. Nog niet eens genoemd de enorme invloed van lobbyisten op die politieke besluitvorming. Al die crisissituaties waarin wij de afgelopen tien, twintig, jaar zijn beland worden gekenmerkt door besluiteloosheid en gebrek aan durf.

    De koopkracht is door de huidige inflatie hard achteruitgegaan. De toename van de armoede wordt mede veroorzaakt door achterblijvende loonstijging. Ook de sterk stijgende kosten van energie speelt een rol. Iets meer dan 1 miljoen mensen in Nederland leven onder de armoedegrens. Met andere woorden: bestaanszekerheid is een zo basale menselijke behoefte, dat daarin voor een democratische overheid een belangrijke rol is weggelegd!

    De maatschappelijke processen op lange termijn, zoals segregatie, overbevolking, economische recessie enz. kunnen het rechtsextremisme verder in de hand werken. En zich mogelijk gaan nestelen in het aanwezige politieke spectrum. Die trend heeft zich al enige tijd ingezet en bevindt zich nu al in een ver gevorderd stadium. De toekomstige politieke ontwikkelingen, zoals die zich nu aan het aftekenen zijn, zullen die trend alleen maar voortzetten. De technologische ontwikkelingen, geleid door kunstmatige intelligentie en robotica, zullen dan onder invloed komen te staan van dat rechtsextremisme. Zie “Foreign Affairs”:

    Spirals of Delusion

     

    How AI Distorts Decision-Making and Makes Dictators More Dangerous

    By Henry Farrell, Abraham Newman, and Jeremy Wallace

    En dreigen te worden misbruikt om de macht van het rechtsextremisme verder te consolideren. China is daar onder andere al ver mee gevorderd. Zie : How China Uses Artificial Intelligence to Control Society | ISPI (ispionline.it)

     Vrijheid van meningsuiting zal dan worden onderdrukt en onmogelijk worden gemaakt. 1984 wordt een dreigende spot aan de horizon van die politieke ontwikkelingen. De vrijheid van het individu zal geheel worden weggenomen.

    De controle wordt dan mogelijk tot voorbij de voordeur. Het weigeren van die technologische implementatie wordt dan gezien als een verzetsdaad, die dan zal worden bestraft met het verminderen van de bewegingsvrijheid of zelfs vrijheidsstraffen. Of opsluiting in heropvoedingskampen.

    De menselijke maat zal volledig worden uitgewist en ondergeschikt worden gemaakt aan de willekeur van de dictatuur.

    Daarom moeten wij ons daartegen met hand en tand verzetten. Wij zullen steeds alert moeten zijn dat segregatie, overbevolking, economische recessie en armoede zich niet verder zal uitbreiden. De politiek zal zich nu moeten gaan profileren als een betrouwbare sociale partner en de maatschappelijk onrust moeten wegnemen. Onder andere op al die gebieden waar de politiek het liet afweten.

    Wij hebben geen tijd meer om af te wachten!! Al deze problemen lossen zich niet vanzelf op!

     

    Amsterdam, 1 september 2022

     

    MARK POL.

    Lees meer >> | 218 keer bekeken

  • EINDELOZE ZOMER

    20 augustus 2022

    Schitterende blauwe luchten. Eindeloze stranden en de lonkende golven van de zee. Betoverende kusten. Mensen verkoeling zoekend als mieren in een mierenhoop. Het leven duurt eeuwig. Spelende kinderen en lachende ouders. Zorgen lossen op in de lucht. Moeder aarde koestert haar kroost. De stralende zon die de stad tot kookpunt heeft verhit. De stralende zon die het kroost van moeder aarde leven geeft. De zon, haar stralen doen de spanningen en de drukte verzachten, door de scherpe schaduwen die zij laat verschijnen op de gloeiende grond. Nachten met lome warmte.

    De zorgen voor morgen verdwijnen in het spel van schaduw en licht. Dromen in het lange gras van de weide achter ons huis. De zon die langzaam verdwijnt achter de horizon. De warme en zachte nachten waarin flarden van stemmen gedragen worden door de tonen van verre muziek. Het eeuwige spel van dag en nacht en nacht en dag. Dat al eons wordt gespeeld tussen zon en aarde. De eindeloze tijden die zich, voor dat de mens verscheen, daartussen hebben afgespeeld.

    Soms dwingt de lome warme dag je tot gepeins. Over de huidige toestanden in deze wereld. Over de oorlogen, scherpe politieke tegenstellingen. Over al het menselijk leed dat zich afspeelt op deze planeet. Al het onrecht en onderdrukking.

    De zomer kabbelt eindeloos voort. Een koel drankje op een druk terras. Een fijn gesprek met de buurman, die vindt dat de zomer veel te lang en veel te warm is. Dat gesprek veroorzaakte flarden gedachten zoals: de rivieren vallen droog, de bomen sterven, en als het water verdwijnt dan verdwijnt de beschaving.

    Eindeloze zomer. Hoe heerlijk, hoe geweldig. Zwerven langs zonnige kusten en verre stranden grenzend aan diepblauwe zeeën. In gedachten meereizen op de vleugels van de vogels die voorbijvliegen. Eindeloze zomer die vrede en liefde brengt. Eindeloze zomer die niet discrimineert en iedereen gelijke kansen geeft. Die ons competente politici schenkt.

    De zon schittert door het bladerdak van boven mij uit rijzende boomtoppen. De schaduwpatronen die worden gevormd op de grond doen denken aan rimpelingen op het water.

    Kijkend naar het wasrek waarop de handdoeken hangen om in de zon te laten drogen. Mijn ogen glijden van het wasrek naar het schel verlichte wegdek. Kijkend over het gloeiendhete wegdek zie ik de lucht trillen.

    Eindeloze zomer: een zegen of een vloek? Wat als de zomer echt eindeloos zou zijn? Hoe zou het leven op aarde er dan uitzien? Geen seizoenen meer. Geen koude winters en geen gure herfst meer. Hoe zou ik dan reizen in een eindeloze zomer?

    De warmte daarvan dompelt je in een eindeloze droom. Waaruit je dan ontwaakt met een gevoel alsof je dagenlang hebt liggen slapen. Eindeloze zomer waarin je in een reusachtig veld ligt bedekt met de mooiste bloemen, die worden bezocht door vlinders en bijen. Het veld wuift langzaam in het ritme van de warme wind. De geuren raken je neus aan. De bergen in verte zijn hoog en koud. Ik sta langzaam op, kijkend over de bloemen, waarvan het patroon zich eindeloos lijkt te herhalen. Lopende door het veld, terwijl ik de bloemen zachtjes opzij duw, bereik ik de rand van het bloemenveld. De rand grenst aan een diep dal.

    Langzaam daal ik af in het dal en bereik de kabbelende beek die daardoor stroomt. Eindeloze zomer. Ik hang mijn voeten voorzichtig in de ijskoude beek. Af en toe schiet er een forel voorbij. In de eindeloze zomer zwerf ik over de aarde, ik passeer landen, zeeën en bergen. Mijn voeten worden ijskoud. Vlug wrijf ik mijn voeten droog met mijn sokken. Mijn onsamenhangende gedachten gaan maar door. Ik krijg geen rust meer in mijn hoofd. Ik wil van alles doen waar een eindeloze zomer mij voor uitnodigt.

    Ik zweef langs wolken. Ik zweef over eindeloze zeeën, woestijnen en bergketens. Ik passeer watervallen, klein en groot. Ik land weer achter mijn bureau in de kamer. Ik luister naar Beethoven, Piano Concerto No 3 in C mineur Opus 37. Zou Beethoven in zijn leven ook hebben gedacht met het schrijven van deze muziek aan eindeloze zomers? Waren er in de 18 de eeuw eindeloze zomers met zwoele nachten en oververhitte dagen? Zou Beethoven inspiratie hebben gekregen van die 18 de -eeuwse zomers? Zou het dan te warm geweest zijn om überhaupt te kunnen componeren?

     Verhit keer ik terug naar de 21 ste eeuw. De eeuw waarin kunstmatige intelligentie ons leven zal gaan overnemen. Mogelijk ongekende spanningen in de samenleving gaan veroorzaken. Discriminatie gaan verscherpen. Kansen beperken of juist kansen gaan ontwikkelen. Kunstmatige intelligentie die zelflerende robots verder helpen ontwikkelen. Als wij verder in de 21 ste eeuw komen, hoe zullen die ontwikkelingen invloed hebben op eindeloze zomers? Zullen die er dan nog zijn? Of zal alle romantiek zijn verdwenen? Alle dromen zijn vervlogen? Mijn onrustige gedachten beginnen zich langzaam te ordenen. Kan er dan nog worden gezweefd en worden gereisd langs onbekende kusten? Zal er dan nog ruimte zijn voor ongebreidelde creativiteit met de menselijke maat?

    Of zullen dan de eindeloze zomers zijn overgegaan in eindeloze hittegolven door de opwarming van de aarde en door klimaatveranderingen? Hittegolven die maanden aanhouden en elke gedachte aan een eindeloze zomer de kop in hebben gedrukt? Steden en dorpen die leeglopen op zoek naar voedsel en water. Landbouw zal niet meer mogelijk zijn door uitdroging van de toch al schrale grond mede door een te kort aan water.

    Eindeloze zomers, die veranderen in grimmige hittegolven, waarin de mens als zodanig niet meer kan overleven. De mens zal moeten toezien hoe honger en droogte zich steeds sneller zullen ontwikkelen en levensbedreigender zal zijn dan welk virus ook. De mens zal niet meer de steden en dorpen kunnen ontvluchten, niet meer aan voldoende voedsel en water kunnen komen. Grote delen van de mensheid zal met uitsterven worden bedreigd en er zal geen weg terug meer zijn. Als die al gevonden zal worden dan duurt dat te lang om grote delen van de mensheid nog te kunnen redden.

    Blauwe luchten. Eindeloze stranden en de lonkende golven van de zee zullen geen uitwerking meer hebben op het geluksgevoel van een eindeloze zomer. Moeder aarde zal niet meer in staat zijn om haar kroost te redden van honger en dorst. De mens is het slachtoffer geworden van haar eigen ongebreidelde tomeloze groei en hebzucht.

     

    Amsterdam, 18 augustus 2022.

    MARK POL.

    Lees meer >> | 171 keer bekeken

  • Ik als Poes

    8 maart 2022

    Er was eens een poes die met haar ogen verbaasd naar de mensenwereld aan het kijken was. Zittend in de warme zon voor de deur van het huis waar zij woont kijkt zij naar het drukke leven van de mensdieren. Zij ziet die mensdieren voorbijrennen, lopen en met dingen slepen. Zij moest wel steeds met haar ogen knipperen door het felle zonlicht. Zij heeft nooit iets kunnen begrijpen van die mensdieren, hoewel zij daar al jarenlang tussen woont. Haar dagen en nachten worden aaneengeregen met de geluiden van mensdieren, die geluiden zal zij nooit kunnen begrijpen.

    Zij is een bijzondere poes, zij is een denkpoes. Denkende poezen komen niet veel voor in de poezen wereld. Daarnaast is zij ook een vriendelijke poes. Zij laat zich soms aaien, ook door kleine mensdieren, die haar soms pijn doen, maar dat gebeurt gelukkig erg weinig. Als denkende poes beschouwt zij de wereld van die mensdieren. Mensdieren blijven voor haar vreemde wezens. Lopend op twee achterpoten, met twee vreemd loshangende voorpoten, die soms worden gebruikt om tegen elkaars lichaam te slaan.

    Ach ja, die mensdieren geven haar eten en drinken in een bakje, dat is wel makkelijk eten hoor. Zij moet haar dagelijkse behoefte doen in een soort grindbak. Tja, dat is blijkbaar makkelijk voor die mensdieren om op te ruimen.

    Terwijl zij rustig in de zon zit te genieten van de warmte, overdenkt zij haar leven. Tja, negen levens dat is een lange periode voor haar om door te maken. Zij is aangeland in het achtste deel van haar leven. In mensdieren term: Zij is dus een oudje. De dag is voor haar een moeilijke tijd. Slapen eten, eten slapen. Geaaid en gekroeld worden door de mensdieren, dat zijn natuurlijk wel de prettigste momenten in zo’n trage lange dag.

    Dan de nacht, ja dat is haar tijd. Jacht! In de stilte van de schemer rondsluipen. Scherp luisteren of er ergens iets beweegt of weg rent. Zij kan erg goed horen met haar scherpe gehoor. Actie en snelheid daar komt het op aan. Ondanks dat haar botten stram zijn geworden, is zij nog best snel. Haar snorharen, ter breedte van haar lichaam, geven precies aan of zij nog ergens door kan. En beschermen haar tegen het botsen tegen objecten in de schemer.

    Ja, die mensdieren gebruiken hun loshangende voorpoten ook om in glimmende en brommende monsters te gaan zitten en te besturen. Zij moet er soms voor wegspringen om niet te worden geraakt door zo’n monster. Soms zitten zij voor vreemd gevormde dode dingen, die zij dan met hun voorpoten aanraken. Op dat dode ding gaat er dan iets bewegen. Zij zit dan altijd klaar om aan te vallen, zij kan er helaas met haar klauwen niet bij komen.

    Als denkende poes moet zij nu eenmaal denken over de dingen om haar heen en over haar zelf. Denkend over het vreemde gedrag van de mensdieren. Wat zij doen en wat zij veroorzaken. De onvriendelijkheid waarmee zij de andere mensdieren behandelen en benaderen. Soms ziet zij de koppen grijnzen. Soms ziet zij de ogen in die koppen nat worden. Zij heeft geen idee wat die signalen betekenen. 

    Zij heeft wel ontdekt, als oudere poes, dat haar het denken over de dingen beter afgaat. Zij kan de dingen van verschillende kanten beschouwen. Niet worden meegesleept in een katten- poezendispuut, die vaak eindigen in elkaar te overschreeuwen. Soms wordt haar gepeins overstemd door het zeer drukke gedrag van de mensdieren. Zij staan dan te schreeuwen voor een plat dood ding waarop iets beweegt. Zij gebruiken dan die loshangende voorpoten om die andere mensdier vast te grijpen. Heel vreemd, maar goed als denkende poes geeft dat toch te denken.

    Soms zit zij voor een doorzichtig deel van het huis en kan daardoor naar buiten kijken. Zij ziet dan allerlei mensdieren voorbijkomen. Heel vreemd. Zij vraagt zich dan af: wat doen zij zoal? Gaan zij op jacht, of laten zij hun buitenkant ook aaien en kroelen? Wij poezen zijn individuen. Wij zijn trots op onszelf. Wij likken onze buitenkant regelmatig schoon. Ja, wij zijn ook hygiënische poezen.

    Haar leven als poes is niet voor de poes. Nu, in haar achtste leven, zijn haar gedachten ook wat trager. De omgeving waarin zij leeft als poes is sterk veranderd. De koude tijd is minder koud, de warme tijd is warmer. Als zij op jacht gaat moet zij vaak urenlang zwerven om iets te vinden.

    Ach, het is nu tijd om even een dutje te doen. Haar denken gaat over in mooie dromen. Heerlijk is dat om als denkende poes even de gedachten te verzetten en te dromen over andere dingen dan het samenleven met het mensdier.

     

     

     

     

    Lees meer >> | 226 keer bekeken

  • Heuvel in de wolken

    31 januari 2022

    Voorzichtig loop ik door het weidse landschap. In de verte stroomt een trage brede rivier, dichterbij een aantal grazende koeien. De warmte vertraagt mijn stap en ik besluit in het lange koele gras te gaan liggen. Ook mijn gedachten vertragen. Er drijven wolken voorbij aan het oneindige uitspansel, terwijl mijn ogen door het lange gras net de zon zien schitteren. De bijen zoemen ijverig boven mijn hoofd.

    Net als in mijn jeugd: als je in het gras lag en keek naar de wolken, verschenen er altijd allerlei figuren: grappige, dreigende en vormloze. Dit keer tracht ik het ook waar te nemen. Toch is er een verschil tussen de jeugdige onbevangenheid van toen en het verlies daarvan door het volwassen zijn van nu. Al nadenkend over mijn jeugd en over mijn huidige leven, droom ik langzaam weg. Het zoemen van de bijen vervaagd en het felle licht van de lucht wordt langzaam donker.

    Opeens loop ik over de wolken, zomaar in een betoverende wereld met een gevoel dat grenst aan magie. Een magie die ik niet kan verklaren. Ik kijk verbaasd over dit nieuwe landschap! Het lijkt alsof ik over een reusachtig groot sneeuwlandschap loop. In de verte doemt een wolkenheuvel op. Langzaam loop ik in de richting van de heuvel, en probeer te verklaren waarom ik niet door de wolken heen zak en naar beneden val. Aangekomen aan de voet van de heuvel kijk ik omhoog, over de top van de heuvel, schijnt het al felblauwe licht veroorzaakt door de buitenkant van de dampkring. Ik heb geen idee waar ik precies ben. De heuvel is wel een beetje stijl, maar het lukt mij toch om omhoog te klimmen. Eindelijk bereik ik de top. Opgewonden door de klim kijk om mij heen. Ik zie hetspoor van de uitlaat van een vliegtuig. Ik zie de wolken beneden mij voorbijdrijven.

    Daar sta ik dan: eenzaam en verloren als in een droom. Het is doodstil, geen geluid dringt erdoor, noch van de vliegtuigen en noch van de aarde die tussen de wolken doorschemert. Ik heb het ook niet koud op deze hoogte en kan gewoon ademen! Ik kan inderdaad de aarde zien vanaf een hele grote hoogte. Ik zie bergen, rivieren en zeeën. Ik bewonder de aarde vanaf de heuvel in de wolken.

    Wat is onze wereld toch mooi! Vanaf deze hoogte is er geen onderscheid tussen landen. Geen onderscheid tussen volkeren en mensen die daar leven. Iedereen is gelijk. Een ongelooflijke waterplaneet. Ik wil naar beneden vliegen, maar ik kan het niet. Ik wil blijven wonen op de heuvel in de wolken. Elke ochtend verbaasd naar beneden kijken en genieten van dat wonderlijke uitzicht. Ik wil niet terug naar de ellende en het verdriet daar beneden. Ik wil niet terug naar het oude paradijs in dit heelal dat geen paradijs meer is. Ik wil nooit meer terugkeren en ik wil sterven op de heuvel in de wolken.

    Een vreemde lucht begint tot mij door te dringen. Langzaam word ik wakker door het geluid van een uitbundig plassende koe, die mij met haar mooie donkere ogen nieuwsgierig aankijkt. Ik lach wat onnozel om deze vreemde situatie. De koe graast rustig verder, terwijl ik langzaam wakker word. De zon schittert nog steeds tussen het lange gras door.

    Langzaam sta ik op. De wolken zijn weggedreven. Ik wandel langzaam verder, nog nadenkend over mijn droom.

    Ik los op in de verte van het weidse landschap. De heuvel in de wolken is verdwenen.

    Lees meer >> | 239 keer bekeken

  • Aan het einde van het jaar

    20 december 2021

    Als de tijd, in een eindeloos ritme verdeeld door het ritme van het jaar, mij voorbijglijdt, spiegelen mijn gedachten vele einden van het jaar in mijn verleden. Jaareinden die wisselden in vreugde en verdriet. Geen jaar is hetzelfde. Geen jaar is mooier of gelukkiger dan de vorige. Jaren uit mijn jeugd, jaren als volwassen mens, jaren als gepensioneerde.

    De tijd golft als de golven van de zee, hoge en wilde golven tot bijna geen golven tot een spiegelgladde zee. Soms gaat de tijd rimpelloos voorbij. Mijn leven golft mij voorbij. Soms reis ik een stukje mee met die golven, maar dat was dan in mijn dromen. Dromen over tijden die wellicht nooit zullen komen. Dromen over geluk dat nooit deel zal kunnen worden van mijn leven.  En de tijd, die golft ongehinderd voort. Soms wilde ik mij laten zakken in de oneindige diepte van de zee van het leven. Echter een stem fluisterde in mijn oor, ga door, ga door!

    De scheidslijn tussen het toeval en het lot is zeer dun.  Het einde van het jaar nadert. Het is niet te stoppen. Het jaar dat komen gaat is er een van onvoorspelbare gebeurtenissen. De wijsheid van de mens raakt steeds verder in de knel. De golven van de tijd beginnen stuk te slaan op algemene hysterie. Stuk te slaan op het onvermogen van de mens, op de blindheid van de ziende mens.

    Het einde van het jaar nadert met de snelheid van een tsunami, niets kan het nog stoppen. Het onderaardse gerommel zet zich voort in bovenaards extremisme en onrechtvaardigheid. Van onderdrukking, van een grotere verdeeldheid over hoe om te gaan met dit paradijs. Hoe om te gaan met de voortvluchtende medemens. Hoe het voorkomen van vervolgingen en het vermoorden van andersdenkenden.

    Het jaar nadert zijn einde en niemand kan het stoppen, noch smekingen noch gebeden. Het lot dobbert langs mij heen net als de tijd. Het lot dobbert buiten mijn bereik, ik zwem als een bezetene om het in te halen, maar de stroom is sneller dan mijn zwemkunst. Terwijl ik mij probeer drijvend te houden zie ik het lot verdwijnen aan de horizon.

    Het jaar is voorbijgekropen en raakt nu in een versnelling. De compacte golven sleuren mij mee en trachten mij onder te duwen. Door het toeval kwam er een stukje geluk voorbijdrijven en het lukte mij om mij daaraan vast te klampen. Het lot zou ik nooit meer in kunnen halen. Ja, het jaar nadert zijn einde. De tijd lacht mij uit en zwemt met grote snelheid rondjes om mij heen. Niets is in staat om het te stoppen.

    Het jaar nadert zijn einde terwijl ik in een soort Sargassozee terecht ben gekomen, word ik omhelst door de daar heersende stilte. De overvliegende vogels doorbreken even die stilte. Het typische zeewier waar de Sargassozee haar naam aan heeft te danken, vertraagd mijn zwembewegingen. De stilte en de rust geven mij tijd om na te denken over mijn toekomst.

    Terwijl het jaar zijn einde nadert wordt mijn toekomst steeds verder samengeperst tot het moment dat er geen toekomst voor mij meer zal zijn.

    Het jaar nadert zijn einde. Sprekend over de scheidslijn tussen het toeval en het lot, zal het volgend jaar mijn einde zijn?

    Amsterdam 8 – 12 – 2021

    Mark Pol

     

    Lees meer >> | 251 keer bekeken

  • Meer blogs >>