Schitterende blauwe luchten. Eindeloze stranden en de lonkende golven van de zee. Betoverende kusten. Mensen verkoeling zoekend als mieren in een mierenhoop. Het leven duurt eeuwig. Spelende kinderen en lachende ouders. Zorgen lossen op in de lucht. Moeder aarde koestert haar kroost. De stralende zon die de stad tot kookpunt heeft verhit. De stralende zon die het kroost van moeder aarde leven geeft. De zon, haar stralen doen de spanningen en de drukte verzachten, door de scherpe schaduwen die zij laat verschijnen op de gloeiende grond. Nachten met lome warmte.

De zorgen voor morgen verdwijnen in het spel van schaduw en licht. Dromen in het lange gras van de weide achter ons huis. De zon die langzaam verdwijnt achter de horizon. De warme en zachte nachten waarin flarden van stemmen gedragen worden door de tonen van verre muziek. Het eeuwige spel van dag en nacht en nacht en dag. Dat al eons wordt gespeeld tussen zon en aarde. De eindeloze tijden die zich, voor dat de mens verscheen, daartussen hebben afgespeeld.

Soms dwingt de lome warme dag je tot gepeins. Over de huidige toestanden in deze wereld. Over de oorlogen, scherpe politieke tegenstellingen. Over al het menselijk leed dat zich afspeelt op deze planeet. Al het onrecht en onderdrukking.

De zomer kabbelt eindeloos voort. Een koel drankje op een druk terras. Een fijn gesprek met de buurman, die vindt dat de zomer veel te lang en veel te warm is. Dat gesprek veroorzaakte flarden gedachten zoals: de rivieren vallen droog, de bomen sterven, en als het water verdwijnt dan verdwijnt de beschaving.

Eindeloze zomer. Hoe heerlijk, hoe geweldig. Zwerven langs zonnige kusten en verre stranden grenzend aan diepblauwe zeeën. In gedachten meereizen op de vleugels van de vogels die voorbijvliegen. Eindeloze zomer die vrede en liefde brengt. Eindeloze zomer die niet discrimineert en iedereen gelijke kansen geeft. Die ons competente politici schenkt.

De zon schittert door het bladerdak van boven mij uit rijzende boomtoppen. De schaduwpatronen die worden gevormd op de grond doen denken aan rimpelingen op het water.

Kijkend naar het wasrek waarop de handdoeken hangen om in de zon te laten drogen. Mijn ogen glijden van het wasrek naar het schel verlichte wegdek. Kijkend over het gloeiendhete wegdek zie ik de lucht trillen.

Eindeloze zomer: een zegen of een vloek? Wat als de zomer echt eindeloos zou zijn? Hoe zou het leven op aarde er dan uitzien? Geen seizoenen meer. Geen koude winters en geen gure herfst meer. Hoe zou ik dan reizen in een eindeloze zomer?

De warmte daarvan dompelt je in een eindeloze droom. Waaruit je dan ontwaakt met een gevoel alsof je dagenlang hebt liggen slapen. Eindeloze zomer waarin je in een reusachtig veld ligt bedekt met de mooiste bloemen, die worden bezocht door vlinders en bijen. Het veld wuift langzaam in het ritme van de warme wind. De geuren raken je neus aan. De bergen in verte zijn hoog en koud. Ik sta langzaam op, kijkend over de bloemen, waarvan het patroon zich eindeloos lijkt te herhalen. Lopende door het veld, terwijl ik de bloemen zachtjes opzij duw, bereik ik de rand van het bloemenveld. De rand grenst aan een diep dal.

Langzaam daal ik af in het dal en bereik de kabbelende beek die daardoor stroomt. Eindeloze zomer. Ik hang mijn voeten voorzichtig in de ijskoude beek. Af en toe schiet er een forel voorbij. In de eindeloze zomer zwerf ik over de aarde, ik passeer landen, zeeën en bergen. Mijn voeten worden ijskoud. Vlug wrijf ik mijn voeten droog met mijn sokken. Mijn onsamenhangende gedachten gaan maar door. Ik krijg geen rust meer in mijn hoofd. Ik wil van alles doen waar een eindeloze zomer mij voor uitnodigt.

Ik zweef langs wolken. Ik zweef over eindeloze zeeën, woestijnen en bergketens. Ik passeer watervallen, klein en groot. Ik land weer achter mijn bureau in de kamer. Ik luister naar Beethoven, Piano Concerto No 3 in C mineur Opus 37. Zou Beethoven in zijn leven ook hebben gedacht met het schrijven van deze muziek aan eindeloze zomers? Waren er in de 18 de eeuw eindeloze zomers met zwoele nachten en oververhitte dagen? Zou Beethoven inspiratie hebben gekregen van die 18 de -eeuwse zomers? Zou het dan te warm geweest zijn om überhaupt te kunnen componeren?

 Verhit keer ik terug naar de 21 ste eeuw. De eeuw waarin kunstmatige intelligentie ons leven zal gaan overnemen. Mogelijk ongekende spanningen in de samenleving gaan veroorzaken. Discriminatie gaan verscherpen. Kansen beperken of juist kansen gaan ontwikkelen. Kunstmatige intelligentie die zelflerende robots verder helpen ontwikkelen. Als wij verder in de 21 ste eeuw komen, hoe zullen die ontwikkelingen invloed hebben op eindeloze zomers? Zullen die er dan nog zijn? Of zal alle romantiek zijn verdwenen? Alle dromen zijn vervlogen? Mijn onrustige gedachten beginnen zich langzaam te ordenen. Kan er dan nog worden gezweefd en worden gereisd langs onbekende kusten? Zal er dan nog ruimte zijn voor ongebreidelde creativiteit met de menselijke maat?

Of zullen dan de eindeloze zomers zijn overgegaan in eindeloze hittegolven door de opwarming van de aarde en door klimaatveranderingen? Hittegolven die maanden aanhouden en elke gedachte aan een eindeloze zomer de kop in hebben gedrukt? Steden en dorpen die leeglopen op zoek naar voedsel en water. Landbouw zal niet meer mogelijk zijn door uitdroging van de toch al schrale grond mede door een te kort aan water.

Eindeloze zomers, die veranderen in grimmige hittegolven, waarin de mens als zodanig niet meer kan overleven. De mens zal moeten toezien hoe honger en droogte zich steeds sneller zullen ontwikkelen en levensbedreigender zal zijn dan welk virus ook. De mens zal niet meer de steden en dorpen kunnen ontvluchten, niet meer aan voldoende voedsel en water kunnen komen. Grote delen van de mensheid zal met uitsterven worden bedreigd en er zal geen weg terug meer zijn. Als die al gevonden zal worden dan duurt dat te lang om grote delen van de mensheid nog te kunnen redden.

Blauwe luchten. Eindeloze stranden en de lonkende golven van de zee zullen geen uitwerking meer hebben op het geluksgevoel van een eindeloze zomer. Moeder aarde zal niet meer in staat zijn om haar kroost te redden van honger en dorst. De mens is het slachtoffer geworden van haar eigen ongebreidelde tomeloze groei en hebzucht.

 

Amsterdam, 18 augustus 2022.

MARK POL.